Van alle tijden
Zoeken naar meer flexibiliteit in de woningbouw is de afgelopen honderd jaar een steeds terugkerend thema geweest. Twee invalshoeken bepalen de discussie: de betaalbaarheid of beschikbaarheid van woningen en het bijbehorende efficiënt ruimtegebruik (besparing aantal vierkante meter), of de ruimte voor veranderingen in gebruik. De gedachte kwam bij me op toen ik op de tentoonstelling in het Van Abbemuseum onderstaande tekening van El Lissitzky zag. Op de tekening is een wandmeubel afgebeeld, waarbij de ruimte op eenvoudige wijze op verschillende manieren ingericht kan worden, afhankelijk van het gebruik. Dit idee was eind jaren twintig geboren vanuit de grote woningnood, die er toen in Moskou heerste. Maar ook in Nederland zijn in diezelfde periode allerlei ideeën geboren om de woningen gedurende de dag zo efficiënt en passend mogelijk te maken (zie onder andere Bergpolderflat van Van Tijen).
Duplexwoning versus starterswoning
De afgelopen tien jaar, en in het bijzonder sinds de crisis van 2009, staat de starterswoning hoog op de agenda. Het is niet zo dat Nederland niet beschikt over kleinere en goedkope woningen. Bijna de hele woningvoorraad uit de periode 1945-1965 valt onder deze categorie. Het is meer een poging om ook de beginnende huishoudens te verleiden tot het kopen van een woning. Want als we werkelijk antwoord willen geven op het tijdelijke woningtekort en niet in de toekomst te kleine woningen willen bouwen, dan kunnen we iets leren van het verleden. De duplexwoning uit de periode rond 1950 was in principe veelal een ruime eengezinswoning, die voor twee huishoudens (tijdelijk) geschikt was gemaakt. Als we deze benadering volgen, dan moeten we nu in wezen grote woningen bouwen, die tijdelijk in twee eenheden worden verdeeld. Want aan grote woningen is en blijft op beperkte schaal behoefte en kleine woningen hebben we genoeg.
Meer ruimtelijkheid versus flexibiliteit
Flexibiliteit is geen doel op zich, maar is erop gericht meer gebruiksprogramma’s toe te laten of meer vormen van bewoningswijzen ruimte te bieden. In wezen gaat het om ruimte op meerdere wijzen te gebruiken. Nu bouwen we al drie decennia lang smalle woningen (5,4 m), die maar op één manier goed te bewonen zijn. Wordt het niet tijd dat er weer woningen gebouwd worden van voldoende breedte, waarvan de inrichting niet vaststaat op het moment dat de tekening als het ware droog is en de fundering aangebracht wordt? Zeker nu er bouwgrond over is, wordt het tijd de woning meer breedte te geven die toekomst biedt. Dus niet moeilijk doen over flexibiliteit, gewoon meer aandacht schenken aan de ruimtelijkheid.