Categoriearchief: Speuren en Ontwikkelen

Kennis delen. Uitvindingen. Innovaties

Een revolutie in de productiemethode

Auteur: Martin Liebregts

Een sprong vooruit

De titel heeft geen betrekking op de woningbouw in Nederland, maar betreft een artikel over de productiemethode van het Volkswagenconcern, waarmee de productiekosten in de nabije toekomst met 20 procent verminderen (1) (2). En wat is nu de essentie van deze revolutionaire nieuwe productiemethode? De Duitse autobouwer heeft inwisselbare bouwstenen of modules ontwikkeld, die in alle 43 kleine en middelgrote modellen passen, de zogenaamde Modularer Querbaukasten (MQB). En dit levert nu de essentiële schaalvoordelen op, die tot structurele reductie van de productiekosten leiden. Dus verregaande standaardisatie met een grote mate van differentiatie in de uiteindelijk samengestelde producten.

Verder lezen

TIENDUIZEND-URENREGEL ALS BASIS VOOR VERNIEUWING

Auteur: Martin Liebregts en Yuri van Bergen

Het begint met transpiratie
In principe moet je hard werken om tot nieuwe inzichten te komen. Eureka ontstaat omdat je voortdurend met het onderwerp bezig bent. Dat wordt vaak vergeten bij allerlei sessies waarbij gebrainstormd wordt, zonder dat de betrokkenen beschikken over voldoende kennis en kunde. Ofwel zonder dat de aanwezigen het verdiend hebben om op Olympisch niveau te opereren. Om tot een nieuw idee te komen of een prestatie op niveau te leveren, wordt weleens de tienduizend-urenregel gehanteerd. Je moet een lange periode met de materie bezig zijn om tot nieuwe dingen te komen (1). In jaren uitgedrukt houdt dit in dat je minimaal vijf jaar bezig bent met het werk om tot vernieuwde inzichten te komen. En dan is er geen sprake van een bijbaantje. Voortdurend moet je van standpunt of gezichtspunt kunnen veranderen om de nieuwe verbanden te ontdekken. In die zin is de zoektocht naar een nieuwe idee, die de basis kan vormen voor innovatie, een weg met veel transpiratie, gebaseerd op inspiratie, of van je vak houden.
Zeker op het terrein van bouwen en wonen, wordt dit principe nog weleens vergeten. Iedereen woont, iedereen (ver)bouwt weleens wat, dus iedereen is een deskundige. Eenieder die dit dacht, moet worden teleurgesteld.
Tegelijkertijd is de zoektocht naar nieuwe vormen van creatief samenwerken volop in gang. In onze praktijk onderscheiden we twee vormen. De karakterworkshop met een ontwikkelregisseur en de co-engineering met een ontwerpregisseur (2). In het eerste geval gaat het erom de opgave scherp te krijgen en te vertalen naar een concept. In de tweede situatie betreft het de technische vertaling vanuit verschillende disciplines.

Verder lezen

Gevraagd energiezuinige concepten, beloning €75.000,-!

Vanaf 25 augustus 2012 is het mogelijk voor conceptaanbieders om zich in te schrijven voor De Voorsprong 2012. De Manifestatie De Voorsprong 2012 vindt plaats op 22 november dit jaar. De Voorsprong wordt dit jaar ondersteund door ondermeer Aedes, NVTB, Vernieuwing Bouw en SBR. HIER staat alle informatie.

Twee essentiële zaken zijn nodig om betaalbare, innovatieve en energieambitieuze woningen te realiseren: vernieuwende opdrachtgevers die uitvragen op basis van prestaties en coalities van bouwpartijen die gezamenlijk mooie concepten aanbieden. Dit jaar staat De Voorsprong in het teken van de ontmoeting tussen de opdrachtgevers en de conceptaanbieders. Dit is het vertrekpunt voor vernieuwing. Dit is een goed vertrekpunt om innovatieve energieaanpak te ontwikkelen.

Verder lezen

Prijs meest vernieuwende opdrachtgever

Nog 2 dagen, dan sluit de termijn voor de voordracht!!

Niet alle opdrachtgevers zijn erop uit aanbieders in de bouw het vel over de oren te halen. Sommige gunnen ook opdrachten op basis van andere waarden, zoals de mate waarin ze ‘ontzorgd’ worden. En baseren hun keuze voor een aanbieder op de (energie)prestaties waaraan een bouwproject volgens de specificaties beantwoordt. Een vernieuwende opdrachtgever in het zonnetje zetten en de innovatie in de bouw stimuleren is het doel van de prijs die het Netwerk Conceptueel Bouwen samen met de Energiesprong heeft ingesteld. Organisaties zoals Vernieuwing Bouw, Aedes, Bouwend Nederland, NVTB, AFNL en andere, steunen dit initiatief.

Opdrachtgever kunnen zichzelf niet nomineren maar moeten voorgedragen worden door aanbieders. Uit de nominaties tot dusver blijkt dat een vernieuwende opdrachtgever de expertise in de markt gebruikt bij het uitwerken van oplossingen, in plaats van zelf het wiel te willen uitvinden. Ook opdrachtgevers die bij voorbaat een maximaal budget meegeven en aanbestedingen op hun prestaties beoordelen, scoren goed bij aanbieders. Verder lezen

Ontwerpen voor de vierkante meter

Op basis van integraal ontwerp en proces ligt niet alleen de auto industrie ver voor op de bouwsector. De meubelindustrie laat mooie voorbeelden zien waarin het gebruik, het ontwerp en de techniek geïntegreerd zijn in één product. Het resultaat is ruimtebesparende meubels die in te zetten zijn voor verschillende gebruiksfuncties. De eenvoud van ontwerp en gebruik zetten de toon. Dit videofragment geeft stof tot nadenken over hoe wij in de bouw zouden kunnen werken.

[youtube=http://youtu.be/dAa6bOWB8qY]

Ketensamenwerking beperkt zich niet tot cultuur

Auteurs: Martin Liebregts en Yuri van Bergen

Meer dan cultuur

Sinds de economische crisis in 2009 de agenda in de bouwsector bepaalt, staat de ketensamenwerking er hoog op genoteerd. De partners in het veld – sociale verhuurder, adviseurs, bouwers, onderaannemers – zijn aan het zoeken om de crisis te benutten voor een nieuwe vorm van samenwerking, waarbij gerichter gebruik wordt gemaakt van de capaciteiten van de verschillende betrokkenen. En natuurlijk gaat het om kernwaarden als respect en vertrouwen, maar vooral ook om een betere kosten-kwaliteitsverhouding van het (ver-)bouwproduct. Uiteindelijk moet de bewoner (eindgebruiker) er in alle opzichten beter van worden. Het is dus meer dan een kwestie van cultuur(-verandering).

Verder lezen

DE SERIE VAN ÉÉN, de klant/ bewoner centraal

Door: Yuri van Bergen

Lange tijd heeft de kwaliteitsaanpassing van de bestaande woningvoorraad veel geleken op een Oost-Europese planeconomie. Een complex was ‘x’ jaar oud en volgens de boekhoudkundige planning moest er iets gebeuren. Dus kwam er een grootonderhouds- of renovatieproject. Los van de (individuele) beheergeschiedenis van de technische noodzaak en van de individuele behoeften van de bewoners, stond er ineens een productieteam bij je op de stoep. En het was nu of nooit!

Stel je komt morgen thuis en je zegt tegen je partner: ‘Ik heb met drie mensen in de straat een afspraak gemaakt en met een aannemer om volgend voorjaar de kozijnen te vervangen en de douche-uitrusting te vernieuwen. Dat scheelt toch mooi 10 procent.’ Terwijl jouw partner volgend voorjaar heel andere plannen heeft (bijvoorbeeld een reis door Europa). Wat denk je dat er dan gebeurt? Duidelijk, dit wordt nooit zo uitgevoerd.

En ingeval van de sociale huurdersector hebben zij allerlei eenzijdige technische argumenten waarom het alleen zo kan. Maar als we morgen met elkaar afspreken dat de eenheid de afzonderlijke woning wordt, zal de praktijk zich hier snel naar gaan voegen, want dat wordt dan de opgave waarop kwaliteitsaanpassing plaats gaat vinden. Een praktijk die bij eigenaar-bewoners altijd al de benadering vormde. En als jezelf eigenaar-bewoner bent, weet je dat met het ritme van een nieuwe eigenaar na twintig à dertig jaar de woning volledig op de schop gaat, zoals we dat in gewoon Nederlands noemen. Alleen het probleem hierbij is vaak dat je als particulier nog steeds zelf moet proberen je kwaliteitsaanpassing kloppend te krijgen. Hier overheerst nog vaak de beun en doe-het-zelfmarkt. Het verbaast niemand dat de verbouwing van een keuken drie maanden duurt. Stel je voor. Je brengt de auto weg voor reparatie en het gaat een maand duren voor de monteur alle spullen verzameld heeft om de reparatie uit te voeren. Je zou de tv ermee halen.

Nu terug naar ‘De serie van één’. Het gaat hierbij om dat de klant bepaalt wat de aard, de omvang en het moment van kwaliteitsaanpassing wordt, tegen een goede kosten-kwaliteitsverhouding.

Deze column is geschreven naar aanleiding van het initiatief rendakaffee. Rendakaffee is een inspirerende omgeving waar de nieuwe generatie vakbroeders kennis kan delen, problemen kunnen aanpakken en ervaringen delen. De komende editie wordt gehouden in Grand Café Usine in Eindhoven ! Meld je aan en doe met ons mee!

Sex, Evolutie en Innovatie

Magie als resultante van het juiste handelen

De watervlo (daphnia) leeft in de meeste zoetwatervijvers en moerassen. De spasmodische bewegingen van het organisme in het water zijn verantwoordelijk voor de ‘vlo’-beschrijving, maar in werkelijkheid gaat het om kreeftachtigen van slechts enkele millimeters lang. Onder normale omstandigheden reproduceren daphnia aseksueel en brengen de wijfjes identieke kopieën van zichzelf voort. In die modus bestaat de daphnia-populatie uitsluitend uit wijfjes. Die reproductiemethode blijkt verbluffend succesvol: in de warme zomermaanden zijn de daphnia vaak de organismen die het overvloedigst vertegenwoordigd zijn in het ecosysteem van een vijver. Maar als de omstandigheden moeilijker worden, in perioden van droogte of andere ecologische verstoringen, of wanneer de winter zijn opwachting maakt, ondergaan de watervlooien een opmerkelijke transformatie: ze beginnen mannetjes te produceren en gaan over op de seksuele reproductie. Voor een deel is die omschakeling toe te schrijven aan het feit dat de eitjes die door de seksuele reproductie worden voortgebracht beter bestand zijn tegen de invloed van de lange wintermaanden.

Maar wetenschappers geloven dat de plotselinge adoptie van seks ook een biologische innovatiestrategie is: in moeilijke tijden heeft een organisme nieuwe ideeën nodig om zich te kunnen handhaven. In perioden van voorspoed is de aseksuele reproductie uiterst doeltreffend: blijf doen wat je doet als het leven goed is. Ga niet rommelen aan het succes door nieuwe genetische combinaties te introduceren. Maar als de wereld je met grotere uitdagingen confronteert – schaarste, roofdieren, parasieten – moet je innoveren. En de snelste weg tot innovatie is het maken van nieuwe verbindingen. Die strategie van het schakelen tussen aseksuele en seksuele reproductie wordt ‘heterogamie’ genoemd, en hoewel het opmerkelijk is, hebben vele organismen het overgenomen.

Verder lezen

Reflectie: Karakterworkshop en Co-engineering, een vorm van collectief bouwmeesterschap

door: Martin Liebregts

Een serie over de beeldkwaliteit – 5 –

De vakantie staat voor de deur en er ontstaat ruimte voor enige reflectie over de afgelopen periode. Een thema dat bij alle rust de volle aandacht kan krijgen, is beeldkwaliteit en schoonheid. Juist in de periode van rust, zoals tijdens de vakantie, nemen we daar tijd voor. We gaan de schoonheid van de natuur bewonderen of in musea ons vergapen aan de verbeeldingskracht van anderen en in de kerken ons laten inspireren door het samenspel van beeld, licht en ruimte. In de serie over de beeldkwaliteit, die in de eerste helft van dit jaar gepubliceerd is, is gepoogd de alledaagse schoonheid, die ons omringt, bespreekbaar te maken.
Verder lezen

Van maatregelen naar prestatie-eisen

Door: Yuri van Bergen en Martin Liebregts

Serie over de praktijk van innovatief aanbesteden – deel 3 –

Noodzaak van vraagspecificatie

Wanneer je naar de markt toe je vraag wilt formuleren, dan is het nodig hiervoor een passende studie uit te voeren. Een zogenaamde programmastudie is hiervoor het geëigende middel om de vraagspecificatie boven tafel te krijgen.
Een programmastudie richt zich op de samenhang tussen de huidige en toekomstige vraag en het aanbod. De integraliteit bestaat eruit dat alle aspecten (kwaliteit, kosten, sociaal) op alle schaalniveaus in hun context beschouwd en geïllustreerd worden via concepten ofwel varianten. Het is een mond vol om te zeggen dat het programma het resultaat is van een ontwerpproces, waarbij alle onderdelen met elkaar in verband worden gebracht om de gewenste kwaliteitsaanpassing te verbeelden. Een programma is geen optelsom van prestaties, maar is vooral een waardering en/of keuze die illustreert waarnaar gezocht wordt. Het is een combinatie van vastomlijnde prestaties en een verhaal over de toekomst. Bijgevoegde figuur laat de puzzelstukjes zien en geeft de stappen aan, die bij een programmastudie gezet worden. Een programmastudie is een zoektocht en een creatieve puzzel, waarbij gebruik gemaakt wordt van alle benodigde disciplines. In wezen is hier bij de kwaliteitsaanpassing van de bestaande (woning)bouw allereerst een conceptontwikkelaar aan het werk, die via inventarisatie en analyse poogt mogelijkheden te verbeelden met de bijbehorende consequenties. Tijdens zo’n creatief proces zoekt de conceptontwikkelaar draagvlak voor het toekomstbeeld bij de betrokken partijen. Voor zover er sprake is van een groepsproces, is dit toch vooral bedoeld om het speelveld in kaart te brengen en de vraagspecificatie vast te leggen en te houden.

Verder lezen