Op zoek naar de opgave voor de toekomstbestendige woning
Het ontwikkelen van de woning van morgen vereist een nieuwe benadering, waarbij niet de techniek van gisteren en vandaag de leidraad vormen, maar de voortdurend veranderende vraag.
Licht, lucht en ruimte
Zonder dat er uitgebreid getekend wordt, is het van belang het concept in essentie vast te leggen. In dit geval gaat het om vijf basis principes:
- Daglicht overal in de woning maakt de beleving van de seizoenen optimaal en zorgt ervoor dat er niet onnodig energie gebruikt wordt.
- Ruimtelijke samenhang in de woning, ook tussen de verdiepingen. Een woning is één ruimtelijk geheel, waarvan de onderdelen zich soms tijdelijk af kunnen sluiten vanwege (specifiek) gebruik.
- De toegankelijkheid van de hele woning. Jaren wordt er gesproken over levensloopbestendig of levensloopgeschikte woning. Dit geldt ook voor wonen over twee lagen. Bijvoorbeeld door de toepassing van een steektrap of plaatsingsmogelijkheden van een lift.
- Meerdere indelingsmogelijkheden van de woning, met in het bijzonder het woongedeelte.
- Transparantie van de woning, door gebruik van bovenlichten tezamen met de grootte van de vertrekken, vormen ze de ruimtelijke kwaliteit van de woning en de basis voor een toekomstbestendige woning.
De kwaliteit vanuit het gebruik
Al is de woning nog zo ruimtelijk, maar het beeld oogt niet, het comfort is ontoereikend en de (totale) ruimte is te klein, dan past de woning niet. Dus ook deze aspecten verdienen extra aandacht en zijn in hun invulling veelal afhankelijk van de specifiek te huisvesten doelgroepen. Met andere woorden, wie moet er wonen?
De waardering van het beeld is in hoge mate afhankelijk van de smaak van de bewoner en kan variëren tussen alle architectuurstijlen van de afgelopen eeuw. Het ultieme, passend beeld bestaat dus niet.
Hetzelfde geldt voor het comfort. Natuurlijk wordt er bij nieuwbouw gebouwd volgens de actuele stand van de techniek ten aanzien van de energetische kwaliteit, de regulering van het binnenmilieu en het bedieningsgemak. Maar omdat het om techniek gaat, veranderen de mogelijkheden voortdurend in de tijd.
De ruimte van de woning is sterk afhankelijk van de sociaaleconomische positie van het huishouden, de samenstelling ervan en de locatie. De afgelopen eeuw is het aantal vierkante meter per persoon sterk toegenomen, terwijl de woning slechts beperkt groter is geworden.
Aanpasbaarheid in de tijd
Het zal duidelijk zijn dat als er nu een nieuwbouwwoning gerealiseerd wordt, dat er tijdens de totale levensduur van de woning voortdurend aanpassingen plaatsvinden. Gezien de geschiedenis van de afgelopen eeuw, vindt een ingrijpende aanpassing om de circa dertig jaar plaats. Het is duidelijk dat er nooit sprake is van een eindkwaliteit, maar een ‘tijdelijke’ kwaliteit. Dit houdt in dat men oog moet hebben voor de aanpasbaarheid in de tijd en de daarbij horende opbouw van (sub-)componenten, die vervangen of afgestemd kunnen worden op de zich ontwikkelende mogelijkheden. Starre systemen bieden hiervoor geen of een beperkte oplossing.
Niet de kostprijs, maar de marktprijs is richtinggevend
Als we nadenken over de woning van morgen, moeten we afstappen van de kostprijs van gisteren, die een onderdeel vormt van de huidige begrotingsmethodiek. Er zal bewust uitgegaan moeten worden van een marktprijs en vervolgens zullen nieuwe wegen, die tot die prijs kunnen resulteren, gezocht moet worden. De nodige innovatie ligt dan zowel op het maken van het product, de samenwerking in de (vernieuwde) keten en op het proces van de communicatie tussen vraag en aanbod. Dus de centrale vraag is, wat mag het kosten?
De droom
Om de droom om te zetten in een actieplan is het nodig een stip op de horizon aan te geven ten aanzien van de bovengenoemde aspecten. Als dat duidelijk is, kan de ontwikkeling beginnen.