Tagarchief: Toeleverende Industrie

Van merk naar model

De opmars van de componenten in de bestaande woningbouw

Auteurs: Martin Liebregts en Yuri van Bergen

Alliantie+ als A-merk

In de afgelopen jaren is er samen met de toeleverende industrie systematisch gewerkt aan geïntegreerde oplossingen voor de diverse componenten van een woning of een woongebouw. Het resultaat is nu dat er voor een vijftal componenten één of meer oplossingen voorhanden zijn, die allemaal onder de vlag van ‘Alliantie’ zijn ontwikkeld. Alliantie+ is het overkoepelend merk, dat staat voor een eigen karakter en een onderscheidende kwaliteit (1).

Ford mondeo als voorbeeld_1000px

Verder lezen

De INSTAP, nieuw perspectief voor de bestaande woningbouw

De BV Brabant biedt kansen voor de aanpak van de bestaande woningbouw, zoals blijkt uit de bijeenkomst van De INSTAP (een initiatief van de Twee Snoeken en BouwhulpGroep).

BouwhulpGroep Foto_1000px

Verder lezen

DE OPSTAP, een nieuw perspectief voor de bouw

Gisteravond op de elfde van de elfde was het feest in Eindhoven. Op een voormalig industrieterrein van Philips kwamen enkele beslissers uit de markt samen voor een bijeenkomst ‘DE OPSTAP’. De opstap beoogt de initiatieven van de afgelopen jaren ten aanzien van de vernieuwende ideeën bij kwaliteitsaanpassing te bundelen en het op een hoger niveau te brengen. De centrale gedachte achter de ontwikkeling is dat bewoners keuze moeten hebben en in principe aan de knoppen moeten zitten. Het moet een feest zijn om je woning te laten aanpassen aan je eigen wensen en op je eigen moment. De techniek is hierbij een hulpmiddel. De communicatie en de netwerken moeten ervoor zorgen dat de processen en vernieuwingen geprefabriceerd worden maar wel met keuze. DE OPSTAP is dan ook de eerste trede tot het realiseren van die droom.

BouwhulpGroep BijeenkomstDeOpstap_1000px

Verder lezen

Nieuwe Allianties in de (ver)bouw

Door: Martin Liebregts en Yuri van Bergen

Aanbod op maat

Al jaren besteden we met elkaar veel energie aan technische oplossingen die voor 80 à 90 procent hetzelfde zijn. We zijn gewend om op projectniveau de ogenschijnlijk unieke oplossing te bedenken. En dit heeft tot gevolg dat veel energie verloren gaat en juist de bijzonderheid van een project, zowel qua vraag als techniek, te weinig aandacht krijgt. Om dit proces te verbeteren richt de LEAN-aanpak zich niet alleen op de uitvoering, maar ook op het planproces. Als we dit in de praktijk oppakken, stappen we met elkaar in de traditie van de keuzeplannen uit de jaren zestig van de vorige eeuw (1).

Aanbod op maat veronderstelt dat die onderdelen van de oplossing die algemeen zijn en niet direct iets zeggen over de gebruiksprestaties gestandaardiseerd worden. Vervolgens worden al vooraf bedachte opties ontwikkeld, die voor een groot deel de ruimte voor maatwerk zullen invullen.

BouwhulpGroep - Overzicht dummies Allianties_1000px

Verder lezen

Ontwerpen voor de vierkante meter

Op basis van integraal ontwerp en proces ligt niet alleen de auto industrie ver voor op de bouwsector. De meubelindustrie laat mooie voorbeelden zien waarin het gebruik, het ontwerp en de techniek geïntegreerd zijn in één product. Het resultaat is ruimtebesparende meubels die in te zetten zijn voor verschillende gebruiksfuncties. De eenvoud van ontwerp en gebruik zetten de toon. Dit videofragment geeft stof tot nadenken over hoe wij in de bouw zouden kunnen werken.

[youtube=http://youtu.be/dAa6bOWB8qY]

De Alliantie Dak+ geeft antwoord

Auteurs: Karleun Liu en Jelle Persoon

De praktijk van onderhoud en renovatie verandert. De complex gewijze aanpak van bijvoorbeeld dak vervanging zal steeds meer plaats moeten maken voor een aanpak met ruimte voor de gewenste kwaliteit van de individuele bewoner. Tijdstip van uitvoer en realiseren van gewenste voorzieningen van extra dakraam tot pv-cellen worden variabelen die leiden tot een serie van één.
 
Hoe kom je tot een kwalitatief hoogwaardig en betaalbaar aanbod bij een dergelijke serie van één? Een aanbod, waarbij niet alleen de technische kwaliteit en de prijs worden geborgd, maar waarbij de architectonische kwaliteit (beeldkwaliteit) net zo belangrijk is.


Verder lezen

Actiefhuis morgen gangbaar (2): de Toyota Prius als metafoor

Door: Martin Liebregts en Yuri van Bergen

De afgelopen vijftig jaar hebben zich grote veranderingen voorgedaan in het energiegebruik in de woning. In principe werd er geleefd met de cyclus van de dag en van de seizoenen. In de jaren vijftig gingen de bewoners relatief vroeg naar bed. Veelal als de duisternis intrad. En voor zover er ’s avonds geleefd werd, betrof het veelal één vertrek met verlichting en verwarming. Het aantal elektrische apparaten bestond uit niet meer dan een eenvoudige wasmachine, een stofzuiger, een strijkijzer, een radio en, ingeval van het ontbreken van gas, een elektrisch fornuis. Het elektrisch fornuis werd tijdens het stookseizoen ingeruild voor de plattebuiskachel in de woonkeuken. Het elektraverbruik lag beneden de 500 kWh en de verwarming, uitgedrukt in kWh, bedroeg ook minder dan 2.000 kWh. In totaal ging het om zo’n 2.500 kWh equivalent. Nu, vijftig jaar later, is dit meer dan verdrievoudigd, ondanks allerlei energiebesparende maatregelen.

Verder lezen

DUURZAAMHEID IS EEN WEG, GEEN DOEL

door Martin Liebregts

Bij duurzaamheid gaat het niet om op zichzelf staande doelen, maar om een maatschappelijk en economisch verantwoorde manier van handelen. Dit blijkt wel uit het nieuws dat op ons afkomt, waarbij doelstellingen hulpmiddelen zijn om in beweging te komen.
Bijna elke dag staat er in de krant een bericht over nieuwe perspectieven ten aanzien van duurzaamheid, die tot uitdrukking komen in uiteenlopende ambities. Het meest aansprekende geluid was voor mij het verhaal van de bestuursvoorzitter van Unilever, Paul Polman. In het interview in de NRC van 15 november 2010 getiteld ‘Met dit beleid nemen we een risico’ wordt gesteld: ‘Unilever wil tot 2020 de omzet verdubbelen en de milieubelasting halveren’. Tevens stelt hij: ‘Een bedrijf moet in de pas lopen met de samenleving’. Om dit handen en voeten te geven, heeft Unilever alle producten van de hele keten geanalyseerd op hoe groot de impact is op het milieu.

Verder lezen

Het Nieuwe Bouwen

Door Jan Willem van de Groep

Het verslag van een lezing die ik kortgeleden hield over ketensamenwerking (http://tinyurl.com/6y8kd2k) leidde tot enige commotie heb ik gemerkt. Uit het verslag kan gelezen worden dat ik het fenomeen ketensamenwerking zoals dat wordt beproefd bij Com.Wonen  niet innovatief vindt. Dat is echter niet wat ik bedoelde.  Procesverandering in de bouw is bij uitstek innovatief te noemen.
In dit artikel wil ik graag uitleggen wat ik bedoel met het feit dat niet iedere vorm van ketensamenwerking leidt tot innovatie. Ik heb het dan over de innovaties die leiden tot betaalbare, effectieve en comfortabele woon/werk producten. Procesinnovatie is daarvoor een noodzakelijk middel maar zou geen doel op zich moeten zijn.

Disclaimer
Het is geenszins mijn bedoeling om in dit artikel de initiatieven die lopen rondom ketensamenwerking in een negatief daglicht te zetten. Alle initiatieven die worden opgezet rondom dit thema dragen immers bij aan de noodzakelijke mindset verandering in de bouw. Daarvoor hebben we elkaar nodig inclusief de experimenten die nu lopen.  Ik wil er echter wel voor waken dat het fenomeen ketensamenwerking gezien gaat worden als een feestje tussen opdrachtgever en bouwkundig aannemer….daar ligt nou wel de nadruk op in de publicaties die verschijnen vanuit de initiatieven bij Com.Wonen, Ymere en Woonwaard. Op zichzelf niet mis mee, maar we gaan tekort door de bocht als we veronderstellen dat daarmee alle kansen die “ketensamenwerking” voor de sector te bieden heeft, goed voor het voetlicht komen.
Dit artikel is bedoeld als aanzet tot verdere discussie. Een discussie die wat mij betreft nieuwe vormen van ketensamenwerking uitlokt die gaan behoren tot het repertoire van de vernieuwers in de bouwsector.

Verder lezen

Smile doet de gevel glimlachen

door: Martin Liebregts en Yuri van bergen

De soberheid van drie miljoen
Drie decennia lang – van 1960 tot 1990 – is aan de uitstraling en het beeld van de woningbouw weinig aandacht besteed. In die periode zijn er 3,4 miljoen woningen gebouwd, waarvan 45 procent in opdracht van de voorraad eengezinswoningen. Beperken we ons tot alleen de sociale huursector, dan is ca. 50 procent eengezinswoningen (ofwel 0,7 à 0,8 miljoen woningen). Kenmerkend voor deze woningen is een grote mate van soberheid in materiaalgebruik en detaillering. Het moet de opgave zijn om deze woningen, met respect voor het bestaande, een gezicht te geven dat duurzaam is. En aan alle eisen voor de lange toekomst voldoet.

Het woord gevel is afgeleid van het Griekse woord KEPHALE, wat hoofd betekent. In de synoniemen voor het woord gevel komt het aspect van presentatie duidelijk naar voren: gezicht, front, voorkant etc. Je probeert met de gevel alles te zeggen.

Op de markt is er geen aanbod dat de gevel als totaal beschouwt. Nog steeds gaat het in de dagelijkse praktijk om ‘losse’ onderdelen: stenen, kozijnen, luifel etc. Maar juist de samenhang van het totaal bepaalt het beeld. Het ligt in de bedoeling om een gevel als systeem met diverse marktpartijen te ontwikkelen. Een aanbod dat rekening houdt met diverse aspecten van de gevel en optimale
ruimte laat voor de keuze op projectniveau.

Verder lezen