Tagarchief: Woningbouw

B-G een systeem voor kopers

Een serie over systeemwoningen -24-

Als het over systeembouw gaat, dan heeft men vaak grote monotone flatblokken voor ogen of de immer herhalende rijtjes. Deze artikelenserie heeft al laten zien dat dit vooroordeel zeker niet overal opgaat. In dit artikel staat het B-G systeem centraal, een vorm van systeembouw waar men niet als eerste aan denkt. Het betreft een seriematig bouw van bungalows en vrijstaande woningen.

Het B-G systeem heeft juist voor de bouw van bungalows het Ratiobouw keurmerk gekregen en heeft daarmee aangetoond een significante besparing op de bouwplaats te kunnen leveren (55%) (1). Tussen alle hoogbouw, middelhoogbouw en de eengezinswoningen was het B-G systeem daarmee een uitzondering. Zeker aangezien de woningen specifiek voor de koopsector werden gebouwd, waar het bij de overige systemen vooral gemeenten en corporaties waren die de woningnood met gebruik van systemen wilden invullen. Dat het een systeem gericht op de verkoop betreft, verdient enige uitleg.

Verder lezen

Renovatie versus vervangende nieuwbouw

Liever nieuwbouw dan renovatie

De bouw heeft altijd een grote voorkeur gehad voor de nieuwbouw en verkoos daarom ook vervangende nieuwbouw boven renovatie. Productietechnisch is het nu eenmaal gemakkelijker te bouwen zonder bewoners, die het alleen maar lastiger maken voor de jongens (van de bouw) onder elkaar. Nu de nieuwbouwmarkt volledig is ingestort, wordt er op twee paarden gewed. De hoop is dat de vervangende nieuwbouw een nieuwe toekomst krijgt en tegelijkertijd wordt er geflirt met de renovatie zonder dat er extra innovatieve inspanningen gedaan worden om tot een aanbod te komen, die zich kenmerkt door een goede kosten-kwaliteitsverhouding. De innovatieve ontwikkelingen in de renovatie komen nog maar langzaam opgang. De weifelende houding is het slechtste wat de bouw kan overkomen. De nieuwbouwmarkt wordt er niet door vergroot en door de achterblijvende productiviteit in de renovatie wordt deze markt ook niet substantieel uitgebreid. In die zin leidt twijfelen tot verlies voor alle partijen: bewoner, opdrachtgever en bouwer.

Verder lezen

Bouwen met zware elementen: PLN-systeem

Een serie over systeemwoningen -23-

De jaren zestig waren de jaren van de grote bouwopgave. De woningnood vroeg om grote aantallen woningen. De jaarproductie nam dan ook toe tot wel 120.000 woningen en zelfs 150.000 woningen, aantallen die we daarna nooit meer gekend hebben (1). In die hoogtijdagen werd 20 tot 25 procent volgens een bouwsysteem gebouwd.

Een nieuwe bouwopgave kan je zelf invullen door een nieuwe bouwmethode te ontwikkelen. Je kunt er ook voor kiezen om gebruik te maken van iets dat al bedacht is. In Europa waren meer landen met een grote woningvraag, die dat met behulp van een bouwsysteem invulden (2). Bekende voorbeelden waren het uit Frankrijk afkomstige Coignet-systeem (3) dat in Nederland door Dura, Neduco en Indeco werd gebruikt en het BMB-systeem dat zijn oorsprong kent in het Verenigd Koninkrijk (4). Een ander wereldwijd verspreid systeem was het Larsen & Nielsen-systeem. In totaal werden voor dit Deense systeem 22 fabrieken gebouwd, onder meer in het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en natuurlijk Denemarken zelf. In Nederland zijn twee fabrieken geplaatst: in Maassluis (Zuid Holland) en in Kootstertille (Friesland).

Verder lezen

Bakker-systeemwoningen, gebouwd en bijna vergeten

Een serie over systeemwoningen -21-

Ergens in een polder van de Merwede kom je op een dag een rijtje eengezinswoningen tegen uit 1950, die de titel dragen ´Bakkerwoningen´. En opeens gaat er een lichtje branden, want de naam Bakker staat voor een van de vele systeemwoningen, die in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw gebouwd zijn. In totaal zijn ruim 5 duizend woningen, zowel eengezinswoningen als gestapelde woningen, in de loop der jaren gebouwd, waarvan de bouwwijze als stapelbouwmethode aangeduid kan worden (1) (2). Circa 5 procent van de gerealiseerde woningen is qua locatie op dit moment terug te vinden en dan gaat het vooral om de galerij-etagewoningen uit de periode 1965-1968. De resterende woningen liggen verscholen in de meer dan 25 wijken, verspreid over heel Nederland achter dijken én de bebouwde polders.

Verder lezen

Voortdurend streven naar standaardisatie: systeemwoningen, keuzeplannen en concepten

Een serie over systeemwoningen -20-

Terugkeer van het verleden

In de afgelopen zestig jaar is in de woningbouw voortdurend gezocht naar meer eenheid in techniek en uitvoeringsmethode. Qua woningtypen en prestaties is de overheid veelal het structurerend element geweest door de voorschriften, wenken en normen. De woningen uit de opeenvolgende tijdsperioden lijken zowel qua beeld (architectuurtaal/mode), plattegrond (overheid en cultuur) en techniek (overheid en technologie) sterk op elkaar. Ook is altijd het streven geweest door standaardisatie van de techniek en toepassing van maatstructuur een beter kosten-kwaliteitverhouding te realiseren. De gewenste herhaling is in de loop der jaren met verschillende woorden aangeduid: systeemwoningen, keuzeplannen, voorbeeldplannen en nu concepten. In wezen is er niets nieuws onder de zon. En als we niet uitkijken, zijn we met nieuwe woorden terug bij af. Iets dat we anno 2013 niet meer willen en wat deze serie over systeemwoningen moet verduidelijken, is standaardisatie met vergaande versobering in textuur en detail en met verkleining van de woning. Want dat levert op termijn alleen maar extra armoede op.

Verder lezen

Een nieuw ERA begint

Een serie over systeemwoningen -17-

In de naoorlogse periode zijn er grote veranderingen geweest in de manier van bouwen. In de bouwproductie zijn verschillende ontwikkelingen te zien die leiden tot ‘systemen’. Sommige systemen zijn ingegeven door het zoeken naar andere materialen en andere systemen proberen met steeds groter wordende bouwdelen (via blokken naar complete elementen) optimalisatie te bereiken. Met de opkomst van systemen is na de oorlog langzaam een deel van de bouwproductie verschoven van een traditionele bouwmethode op de bouwplaats naar productie in de fabriek. De volgende stap is dan om de fabriek weer te verplaatsen naar de bouwplaats. En dat heeft ERA, voor wat betreft het casco, gedaan met de tunnelbekisting.

Verder lezen

VANEG, een voorloper van het prefab betoncasco

Een serie over systeemwoningen -9-

In Nederland staan circa zevenduizend woningen, die gebouwd zijn als Vaneg-systeemwoning (1). Op dit moment zijn de woningen slechts voor een deel te achterhalen en te lokaliseren. Mogelijk zijn hiervoor een tweetal redenen te noemen: de woningen zijn niet meer onder de oude naam bekend en tegelijkertijd is een substantieel deel in handen van eigenaar-bewoners. Een deel van de bouw is in het verleden ook, buiten de sociale sector om, opgedragen door beleggers (o.a. pensioenfondsen).
De naam Vaneg verwijst naar de initiatiefnemer van het bouwsysteem: Van Egteren Bouwnijverheid N.V. Nog steeds worden er in Hasselt betonelementen gemaakt (Heembeton) (2). Kenmerkend voor de Vaneg-woningen is de toepassing van grote betonnen elementen. De wanden zijn verdiepingshoog en maximaal 4,30 m1 breed en de vloeren bestaan ook uit geprefabriceerde elementen. De langsgevels zijn opgebouwd uit geprefabriceerde houten pui-elementen. Het resultaat van de gekozen bouwmethode was dat de arbeidsuren op de bouwplaats met 70 procent werden gereduceerd (3).

BouwhulpGroep_Impressie_Ontwerp_Vaneg_woningen_Ulft_1000px

BouwhulpGroep_Bestaand_Vaneg_woningen_Ulft_1000px

Verder lezen

Coignet-systeem, beton als bouwmateriaal

Een serie over systeemwoningen -6-

In het bouwsysteem ‘Coignet’ zijn in de periode 1959 t/m 1975 31 duizend woningen gebouwd, vooral in Noord-Brabant, Zuid-Holland en Noord-Holland en een beetje in Utrecht (1). Dit systeem wordt gekenmerkt door een grote mate van standaardisatie, vanwege het industriële proces en tevens door de toenmalige standaardisatie van de woningplattegronden. Het beton is het basismateriaal, zowel voor de dragende wanden en vloeren, als ook in veel gevallen voor de buitengevel (standaardisatie betonelementen, al of niet grindbeton) en voor de niet-dragende binnenwanden.
Circa een kwart van de woningen bestaat uit portieketagewoningen. Medio jaren zestig en begin jaren zeventig van de vorige eeuw zijn de galerijflats en de eengezinswoningen op grote schaal op de woningmarkt verschenen. De komst van aardgas, lift en economische groei heeft dit versneld.
Verder lezen

De serie van één live

Energiekosten worden met de jaren hoger en met de verschillende subsidies wordt het extra aantrekkelijk om voor een duurzame renovatie te kiezen. Dat energiebesparing een hot item is, is wel duidelijk. Het is daarom niet verwonderlijk dat volgend jaar een start wordt gemaakt met een nieuw tv-programma. In acht afleveringen worden drie gezinnen in drie verschillende woningen gevolgd. Tijdens de afleveringen worden de huizen aangepakt die resulteren in energiezuinige woningen met een maximale besparing. Vanaf 5 januari is het programma, Klus je rijk te zien op RTL 4.

[youtube=http://youtu.be/r52FNxK-btM]

Verder lezen

Een concept is een verhaal, meer niet

Door verhalen worden we gedreven in onze zoektocht naar nieuwe oplossingen voor uiteenlopende vraagstukken. Het verhaal dat de ontwikkelaar in zijn hoofd heeft, steunt deze onderneming. Zo was het in het verleden en zo is het nu. Een mooi voorbeeld uit het verleden zijn de ontwikkeling van systeemwoningen. Het verhaal ging over industrialisatie, standaardisatie, nieuwe vormen van arbeidsdeling, nieuwe verhoudingen tussen architect en bouwer en de verschuiving van een vraagmarkt naar een aanbodmarkt, en tezamen vormden ze het verhaal dat de reis naar goedkopere en betere woningen moest begeleiden.
Verder lezen