Tagarchief: Woningbouw

Airey-woningen: gedenkteken met soberheid

Een serie over systeemwoningen -3-

In Nederland zijn circa 8,5 duizend Airey-woningen gebouwd in de periode 1949 tot en met 1968, waarvan circa de helft uit eengezinswoningen bestaat en het resterende deel in overgrote mate portieketagewoningen omvat. Het systeem wordt bewonderd en verguisd. Hiervan zijn er nog eens zo’n 5 duizend gebouwd in de thuishaven van het systeem: Amsterdam (1).
In de volksmond hebben de buurten met dit systeem door het witte uiterlijk en zijn geringe dakhelling in de regio’s de naam ‘Jeruzalem’ verworven. In een latere fase werden de woningen ook aangeduid met ‘grijsbouwwoningen’ (2).

Foto: Tiwos Tilburgse Woningstichting Verder lezen

De toekomst begon in 2012

2012

Het is al weer 18 jaar geleden dat de revolutie begon. Ik weet het nog goed: 2012. Net terug van een reis naar China trof ik een nieuwe regeringsploeg met een omstreden regeerakkoord aan. Het was al een aantal jaren crisis in Europa en de bouw had het zwaar. Het kabinet Rutte-Samson leek daar nog een schepje bovenop te doen door woningcorporaties, substantiële opdrachtgever voor de woningbouwsector, zwaar te belasten met heffing die de begrotingstekorten van de overheid moesten helpen wegwerken. Echter, het regeerakkoord (hoofdstuk ‘Duurzaam groeien en vernieuwen’) sprak ook over een deal met diezelfde woningcorporaties. En die kwam er. Met ongekende gevolgen voor de hele bouwsector.

Dat die deal in de lucht zat kan je, terugkijkend, zien aankomen: er lag het verduurzamingsvraagstuk van de gebouwde omgeving, waarvoor zowel corporaties als particulieren geen financiering konden vinden, en, daarnaast leek het energievraagstuk een bedreiging te worden voor de betaalbaarheid van wonen. Maar dat de uiteindelijke invulling van die ene zin in dat Regeerakkoord een impact zou hebben die de bruteringsoperatie van 1995 overtrof, was nog niet te voorspellen.

DEN HAAG-TWEEDE KAMER-VRAGENUURTJE

bron: Google

Verder lezen

De systeemwoningen in de verdrukking

Een serie over systeemwoningen -2-

Zoals reeds in het eerste artikel ‘Van systeemwoning naar concept: de ogenschijnlijke herhaling’ in deze serie is aangegeven, zijn in de periode 1950-1975 circa 450 duizend systeemwoningen gebouwd (1). In de afgelopen decennia (1990 tot nu) is dit aantal structureel afgenomen door sloop. De inschatting is dat zo’n 20 procent verdwenen is door sloop en dat in de nabije toekomst nog eens zo’n 20 procent dit lot zal ondergaan (2). Dit houdt in, dat de kwaliteitsaanpassing zich zal beperken tot maximaal 60 procent van de gerealiseerde systeemwoningen in het verleden. En hiervan is reeds een substantieel deel structureel aangepakt in de afgelopen tien à vijftien jaar (stel 10 procent). De aandacht zal in de nabije toekomst naar zo’n 200 à 250 duizend systeemwoningen gaan, die om een ingrijpende aanpassing vragen en op die wijze als woning weer een lange periode dienst kunnen doen op de woningmarkt.
Verder lezen

Vandaag dromen voor de toekomst…

door: Martin Liebregts

Vanuit duurzaamheid is de aanpak van de bestaande woningvoorraad een van de belangrijkste agendapunten. Het behoud van goede, comfortabele en energiezuinige woningen is voor alle aspecten van duurzaamheid een winstpunt (energiegebruik, materiaalverbruik, gezond binnenmilieu).

De kwaliteitsaanpassing van de bestaande voorraad is nog te veel gebaseerd op opvattingen van de vorige eeuw. Weinig innovatie, slechte kosten-kwaliteitsverhouding, ontbreken van individueel maatwerk en passend aanbod, gebaseerd op het gebruik. Oude samenwerkingsvormen, die meer gericht zijn op aannemen en minder op aanbieden, beheersen de praktijk.

Juist in tijden van crisis is het essentieel vooruit te kijken en je bewust te worden van de lange termijn. Het gaat niet om de winst van vandaag, maar om het (maatschappelijk) rendement op de langere termijn. Een woning heeft nu eenmaal een gemiddelde levensduur van circa honderdtwintig jaar. En als dit vergeten wordt, vertaalt zich goedkoop automatisch in duurkoop.

Dit is de leidraad geweest voor de lezing ‘Vandaag dromen voor de toekomst’ die op 2 februari gehouden is bij de NHL Hogeschool in Leeuwarden. Deze lezing is hier te bekijken [pdf|4Mb].

Actiefhuis morgen gangbaar (2): de Toyota Prius als metafoor

Door: Martin Liebregts en Yuri van Bergen

De afgelopen vijftig jaar hebben zich grote veranderingen voorgedaan in het energiegebruik in de woning. In principe werd er geleefd met de cyclus van de dag en van de seizoenen. In de jaren vijftig gingen de bewoners relatief vroeg naar bed. Veelal als de duisternis intrad. En voor zover er ’s avonds geleefd werd, betrof het veelal één vertrek met verlichting en verwarming. Het aantal elektrische apparaten bestond uit niet meer dan een eenvoudige wasmachine, een stofzuiger, een strijkijzer, een radio en, ingeval van het ontbreken van gas, een elektrisch fornuis. Het elektrisch fornuis werd tijdens het stookseizoen ingeruild voor de plattebuiskachel in de woonkeuken. Het elektraverbruik lag beneden de 500 kWh en de verwarming, uitgedrukt in kWh, bedroeg ook minder dan 2.000 kWh. In totaal ging het om zo’n 2.500 kWh equivalent. Nu, vijftig jaar later, is dit meer dan verdrievoudigd, ondanks allerlei energiebesparende maatregelen.

Verder lezen

Het pamflet dat oproept tot een serie van één

De woningbouw staat voor een gigantische opgave. De huidige voorraad moet de komende decennia aangepast worden aan de eisen van de eenentwintigste eeuw. Over vijftig jaar zal de woningbouw in Nederland voor een groot deel bestaan uit de huidige zeven miljoen woningen in een aangepaste versie.

Een groot probleem op termijn zal de beschikbare arbeidscapaciteit voor de totale woningbouw zijn. De verwachting is dat nieuwbouw de komende twintig jaar op het huidige peil blijft. Een deel (55 procent) is voor uitbreiding en het resterende deel voor vervanging. De toename van onderhoud en renovatie leidt bij de huidige wijze van productspecifiek produceren tot twee essentiële problemen:

  • Een ongunstige kosten-/kwaliteitsverhouding (te duur in relatie tot nieuwbouw);
  • Een te groot beslag op de beschikbare arbeidscapaciteit.

De verhouding loon-materiaal bedraagt bij renovatie 60:40 en is het omgekeerde van nieuwbouw. Gezien de te verwachten groei van de onderhouds- en renovatiemarkt, zal de komende vijftien tot twintig jaar de arbeidscapaciteit op de bouwplaats met 50 procent moeten stijgen of zelfs verdubbelen. Dit is gewoon onmogelijk.

Nieuwe vormen van samenwerking ontstaan en er verschijnen partijen op het toneel met een gericht aanbod om de kwaliteitsaanpassing succesvoller te laten verlopen, in de vorm van projectoverstijgende oplossingen. Om de problematiek te schetsen en visie op de toekomstige ontwikkelingen te geven heeft de BouwhulpGroep hiervoor in samenwerking met de SEV een notitie opgesteld met als titel: ‘PAMFLET: Woningbouw als Hollands-Ontwerp’.

Verder lezen

Techneuten weten het altijd beter!

Door Sjoerd Klijn Velderman

Techneuten zijn in staat het altijd beter te weten dan de bewoners. Of nog beter, te bedenken waarom het niet zou werken voor de bewoner.
Passief, door veel techneuten vergruisde techniek. Maar als je deze bewoonster mag geloven woont zij met plezier in een comfortabele, gezonde en geluidsarme woning. En zonder bewust energiezuinig te leven is de energierekening € 100,- lager geworden…

Klik op de onderstaande afbeelding om het volledige filmpje via RENDA, kennis platform bestaande bouw te bekijken…

Op zoek naar de serie van één

Auteur: Martin Liebregts

innovatie vraagt om visie op langere termijn en om extra investeringen
De feestdagen rond de jaarwisseling nodigen extra uit om de kranten verder uit te spitten. Zeker als het buiten koud, nat en donker is. Het meest verrassende bericht las ik dinsdag 28 december 2010 in de NRC onder de titel ‘Audi gaat investeren in groene auto’s en personeel’. Volgens dit bericht gaat Audi – een onderdeel van de Volkswagen Groep, die behoort tot de top vijf van de wereld – de komende vier jaar 11,6 miljard euro investeren in productvernieuwing en technologie. Dit is ongeveer gelijk aan 10 procent van de omzet van Audi over de betreffende periode. Een dergelijk bericht tref je niet aan over de bouwnijverheid in Nederland of in de rest van de wereld. Extra interessant is de motivatie van het investeringsplan te lezen. ‘Met deze investering leggen we het fundament voor duurzame, winstgevende groei en ondersteunen we onze ambitie om leidend te zijn in het luxe segment van de automarkt’, aldus bestuurslid Axel Strotbek.

Vier weken later lees ik over ASML in het artikel ‘Brabantse techniek terug in de wereld’ in de NRC van 22 januari 2011, dat ze in de periode 2009-2010 ruim 15 procent van de omzet gestoken hebben in R&D.

Verder lezen

de coalitie ontwaakt…

door: Martin Liebregts en Yuri van Bergen

De woningbouw staat voor een gigantische opgave. De huidige voorraad moet de komende decennia aangepast worden aan de eisen van de eenentwintigste eeuw. Over vijftig jaar zal de woningbouw in Nederland vooral bestaan uit de huidige zeven miljoen woningen.

Om deze opgave met alle partijen zo goed mogelijk in te vullen, zullen de krachten gebundeld moeten worden. Ofwel zal de ketenintegratie versneld geconcretiseerd moeten worden. De COALITIE BESTAANDE WONINGBOUW probeert hier handen en voeten aan te geven, door met elkaar de kwaliteit die nagestreefd wordt nader te benoemen, op basis van de huidige inzichten, en deze kwaliteit in de tijd aan te vullen of aan te passen.

 

Verder lezen

Het einde van de spouwmuur?

Auteurs: Doris de Bruijn & Sean Vos

Nederland bouwt haar woningen in baksteen. Een bakstenen buitenblad staat voor de woonconsument gelijk aan traditie en degelijkheid en is daarom al eeuwen populair. De gemetselde muur heeft door de eeuwen heen langzaamaan een ontwikkeling doorgemaakt. Het begon allemaal met de steensmuur. Deze was dik genoeg om de gebouwconstructie te dragen, het ergste regenwater te keren en had voldoende thermische massa om oververhitting in de zomer te voorkomen. De steensmuur werd na verloop van tijd opgevolgd door een dubbele halfsteens muur: de spouwmuur was geboren. Door de muur in twee delen op te splitsen hadden regenwater en optrekkend vocht minder kans om door te dringen tot het interieur, wat het wooncomfort ten goede kwam. Door de spouw te ventileren kon het binnenblad gemakkelijker drogen en door het effect van drukvereffening kon het binnenblad haast onmogelijk nog nat worden. Kortom: een hele verbetering. De volgende stap in de evolutie van de spouwmuur was de toevoeging van isolatie. Een isolatiedeken werd tegen het binnenblad bevestigd met behulp van spouwankers. Het warmteverlies werd hierdoor beperkt, wat wederom het wooncomfort ten goede kwam en bovendien een lagere energierekening opleverde. Door de jaren heen is de dikte van de spouw toegenomen om plaats te bieden aan dikkere isolatie, zodat aan de steeds strenger wordende bouwnormen kon worden voldaan. So far so good…

Verder lezen